Van Maanen Hans van Maanen
klikklikklikklik

Kiezen tussen Leiden en Wenen

Van Swieten en Maria Theresia. Geschreven voor 'Op het lijf geschreven: bekendheden en hun lijfarts.' Uitgeverij Boom, Amsterdam / Belvédère, Overveen, 1995. ISBN 90-5352-202-6.


Zelden zal een absoluut vorst zo’n absoluut vertrouwen in een onderdaan hebben gehad als Maria Theresia in Gerard van Swieten. Van Swieten was niet alleen haar lijfarts, hij werd ook hoofd van de gehele medische stand, bepaalde als censor welke boeken het land in mochten, hij was prefect van de hofbibliotheek en kreeg later de opdracht het complete universitaire onderwijs in Oostenrijk te hervormen. Maria Theresia had kennelijk geen spijt van haar keus. Bij zijn dood in 1772 was de keizerin ontroostbaar, en tot haar eigen dood toe hield zij de sterfdag van Van Swieten in ere.

Gerard van Swieten werd op 7 mei 1700 in Leiden geboren. Hij verloor zijn ouders al op jonge leeftijd, maar de erfenis stelde hem in staat in Leuven filosofie en geneeskunde te gaan studeren. Als achttienjarige ging hij terug naar Leiden om onder de wereldberoemde Boerhaave zich verder in de geneeskunde te bekwamen, en hij werd diens begaafdste en meest toegewijde leerling -- ook na zijn studie nog bleef hij de colleges van Boerhaave volgen en woordelijk optekenen in een eigen soort snelschrift. In 1725 promoveerde Van Swieten, en hij vestigde zich als geneesheer in Leiden. Daarnaast gaf hij privé-colleges en verving hij af en toe Boerhaave op de universiteit. Als de statuten van de universiteit niet uitdrukkelijk verboden hadden dat een katholiek hoogleraar zou worden, was Van Swieten zeker zijn leermeester zijn opgevolgd toen deze in 1738 overleed. Van Swieten heeft zich daar later nog wel eens verbitterd over uitgelaten, maar de universiteit was onverbiddelijk en Van Swieten had waarschijnlijk beter kunnen weten -- Boerhaave zelf noemde Van Swieten niet eens tijdens een gesprek in 1738 over de opvolging.

Nu Van Swieten geen colleges meer mocht geven, had hij onverwacht veel tijd over, en hij zette zich aan een kritische uitgave van de complete werken van zijn leermeester. Het eerste deel van zijn levenswerk, Commentaria in Hermanni Boerhaavi Aphorismos, kwam in 1742 uit, het vijfde en laatste in zijn sterfjaar, 1772.

...

Maria Theresia volgde in 1740 als drieëntwintigjarige haar vader, Karel VI, op als monarch van Oostenrijk. Binnen zeven weken viel Frederik de Grote van Pruisen haar provincie Silezië binnen en dreigde ook de rest van Europa van haar jeugd en onervarenheid misbruik te maken. Niettemin wist zij zich staande te houden en het grootste deel van haar gebied veilig te stellen -- alleen Silezië kreeg ze niet terug. In alle geschiedenisboeken wordt ze dan ook intelligent, wilskrachtig en origineel genoemd, met een brede algemene belangstelling en oog voor het welzijn van haar volk.

Toen in 1742 de lijfarts van de Habsburgers, Jean Baptiste Bassand -- eveneens een toegewijd leerling van Boerhaave -- stierf, vroeg de keizerin aan Van Swieten hem op te volgen. Van Swieten nam twee dagen bedenktijd, en weigerde -- hij wilde, zo schreef hij aan een vriend, ‘liever een eenvoudige Hollander zijn dan een gewichtige titel dragen die slechts slavernij verhulde’.

Maria Theresia had kennelijk haar zinnen op de Hollandse dokter gezet, want zij stuurde direct een speciale gezant met nieuwe aanbiedingen naar Leiden. Van Swieten wachtte een ruim salaris, voor zijn vrouw en kinderen zou ruimhartig worden gezorgd, en hij kreeg alle faciliteiten die hij dacht nodig te hebben. Maria Theresia zou ook alle verhuiskosten op zich nemen.

...

Amper had Van Swieten zich, eind 1744, laten overreden, of de keizerin vroeg hem naar Brussel te gaan om te assisteren bij het ziekbed van haar zus, aartshertogin Marianne. Deze was aan het eind van haar zwangerschap ernstig ziek geworden, en had een dood kind ter wereld gebracht. Maria Theresia, zelf zwanger, maakte zich hevige zorgen. De toestand van Marianne werd, na een korte opleving, snel slechter, en ook Van Swieten kon haar niet meer redden.

Hoewel de waarnemend hofarts van de Habsburgers, Elias Engel, via de krant nog lelijke praatjes over Van Swieten verspreidde en zelfs de dood van Marianne in Van Swietens schoenen probeerde te schuiven, bleven Maria Theresia en Van Swieten bij hun besluit, en in juni 1745 arriveerde de nieuwe hofarts met zijn gezin in Wenen.